Stichting Bulamu Oeganda reis - februari 2020

Waaat? Interpol VOG! - reisblog 1 - 6 Februari 2020

Waaat ? 40 Euro per persoon om een formulier te krijgen waarin staat dat we ons goed gedragen hebben de afgelopen jaren?

2 dagen nadat we in April 2019 in Oeganda aangekomen zijn vallen de VOG verklaringen in Nederland op de mat. Enige vertraging kan in het proces aanwezig zijn zegt de overheid dan – en ook in mijn karakter worden deze zaken altijd te laat uitgevoerd, maar ja de verklaringen zijn dan ook maar drie maanden geldig dus die vraag je ook geen maand van tevoren aan.

Een VOG verklaring is een Verklaring Omtrent Gedrag. Ik lees deze verklaring en de inhoud maakt mij dan altijd weer trots. Een soortement Zeer Goed beoordeling van je werkgever, een onbekende die op heel officieel papier een statement maakt dat mijn gedrag onberispelijk is. Daar word je toch blij van – dit kun je kopen he, in Nederland. Een tip voor veel kerken en instanties in Nederland, spendeer 40 euro per lid en koop zo’n verklaring voor ze, geeft een enorme boost aan je zelfvertrouwen – afijn, ik dwaal af.

Bryan is in April 2019 voor ons onderweg. Maakt een behoorlijke omweg over Pernis om bij ons deze verklaringen van de mat te halen. Scant ze zo officeel mogelijk en stuurt ze ook op via DHL, nogeens 16 euro waardoor we deze belangrijke documenten voor bijna 100 euro een week later bij DHL Kampala kunnen ophalen. En dan heb je ook wat. Trots zijn we dat we nu naar het bureau van buitenlandse zaken kunnen om onze werkvergunning te gaan aanvragen. Foreign Affairs, here we come.

Het verhaal zou niet zo lang op zich hebben laten wachten als het toen allemaal gelukt was, maar als Happy John, de administrator van Stichting Bulamu Uganda, zich meldt bij FA (Foreign Affairs) dan loopt hij tegen een administratieve en bureaucratische lamp die ik al voorzien had. Het licht gaat uit – “What is This ? “ – “A Certificate of Good Conduct sir “ – “ But I can not read it “ Een typisch geval van Nederlands patriottisme? En ik heb hier nog heel duidelijk over gecommuniceerd. Voor 40 euro krijg je dus een volledig in het Nederlands opgestelde VOG met onderaan een regel die aangeeft dat alle termen in het Engels worden verklaard op de achterkant. Een soortement rebus voor de bijna 5 miljard niet Nederlands sprekende wereldbewoners maar heel duidelijk voor 15 miljoen polderbewoners. Het feest ging dus nier door, met 2 opties. Vertalen aan de universiteit van Makerere of toch (zoals Happy al aangegeven had) naar interpol voor een Certificate of Good Conduct ( een Engelse VOG). Voor beide opties hadden we toen geen tijd en we hebben deze reis gepland om dit af te maken.

Voor de rekenaars onder ons, een VOG kost dus nu iets van 1500 euro pp – maar uiteraard komen we niet alleen naar Oeganda voor de VOG, het is ook gewoon ons leven, onze omgeving en onze passie – zeg maar een uit de hand gelopen hobby waar we het hele jaar lekker voor aan het werk zijn en waar we nu de vruchten van plukken. Een VOG is voor ons ook nodig want daarmee kunnen we ons G1 visum aanvragen / een werkvergunning voor vrijwilligers van NGO’s (Non Governmental Organisations – Non Profit stichtingen). Dat is de volgende stap maar nu eerst naar Interpol.


We hebben met Happy afgesproken om om half 8 elkaar te ontmoeten bij Garden City, Wandegeye – een winkelcentrum / shoppingmall op de route naar Interpol.
Om 12 uur ’s avonds, midnight, terwijl mijn ogen al even dicht zijn, gaat de telefoon – verdwaasd draai ik me om en zie dat Happy belt, ik neem op met Goodmorning, in de gedachte dat ik het verslapen heb. “Hi, where are you now ? Is het al ochtend?” Huh, ik kijk snel naar de tijd, “ja het is net ochtend – en ik lig in bed natuurlijk.” En we zijn in ons appartement. – Oh, ik dacht dat jullie nog in Entebbe waren, nou dan hoeven we elkaar pas morgen om half negen bij jullie thuis te ontmoeten want interpol is 5 minuten bij jullie vandaan.

Ik verander de wekker. Heerlijk die Oegandese planning, weer een uur slaap gewonnen. Als we de tweede bak koffie op hebben krijg ik een berichtje via Whatsapp. Kwart voor negen. Ik ben vertraagd, “Jam” (file). Jam is een toverwoord in Oeganda – en niet geheel onterecht. Jam is overal, in ieder geval in Kampala. De gemiddelde randstad bewoner in Nederland zou zich verbazen over het feit dat het nog veel erger kan. De enige snelweg hier staat de halve dag vast en alle bypasses zeker een kwart van de dag en de tijdstippen van file worden veelal bepaald door de tijd van de regen waarin niemand zich op straat begeeft. Jam dus. We nemen nog een bakkie en uiteindelijk zijn we rond half 10 bij Interpol waar we gescand worden en waar gewezen wordt op een wachtlokaaltje van ca 4 m2. Dit gebouwtje is stampvol. Een bureautje, 4 bekende plastic stoelen (de producent hiervan moet multi miljonair geworden zijn in Oeganda alleen al) en een houten bank en een mengelmoes van zeker 10 indiers en oegandezen, maar geen politieagent. De zon brandt al lekker en werpt een zonnig licht op zeker 500, in groepen geordende, voornamelijk vrouwelijke wachtenden. Met paraplu’s, enveloppen en papieren proberen enkelen de zon tegen te houden terwijl een ander deel de schaduw opzoekt achter de bumper van een in beslag genomen Range Rover. Werkzoekenden – Oegandese gastarbeiders die bij Interpol ook een verklaring van goed gedrag of een paspoort komen halen om te gaan werken in de verenigde emiraten. Een bord boven de vingerafdrukscanner vertelt hen in koeienletters “Beware of Trafficking – laat je niet uitbuiten, pas op dat je geen slaaf wordt in het buitenland en laat je niet overhalen door mooie verhalen om uiteindelijk in de sex industrie terecht te komen” ik denk niet dat iemand er oren naar heeft. Ze betalen allemaal tussen de 250 en de 500 euro aan wervingsbureaus die voor hen een baantje hebben in Dubai of waar dan ook. Een enorm bedrag om uiteindelijk na hard werken met het dubbele naar huis te komen. De nieuwe vrijwillige slavernij.

Ook wij staan in diezelfde brandende zon. Half 10 – Half 11 – 11 uur “They are in a meeting”. Waar kan ik een klacht indienen zeg ik tegen Happy John – Hahahaha, een klacht bij wie? Wie zou er iets mee doen? Interpol? Het is schrijnend om te zien. We zijn blij dat we net zo behandeld worden als alle andere wachtenden en niet als blanke een andere positie krijgen maar wat een manier van handelen zeg. Mensenrechten en klantvriendelijkheid komen duidelijk niet voor in de uitvoering van het werk dat hier plaatsvindt. Er is hier en daar wat gemor maar erg ver gaat dat niet, meer gelatenheid en dat is het enige dat werkt.

Om 11 uur komt ons eerste aanspreekpunt uit de meeting – Al het bedienend personeel van interpol heeft dus van half 8 tot 11 uur zitten vergaderen terwijl er zeker 1000 man wacht om geholpen te worden. We leggen onze paspoorten en twee door Happy geschreven brieven op zijn bureau, tussen de paspoorten en brieven van nog 10 man om ons heen en de een na de ander zien we weggestuurd worden. “Wat kom je hier doen” is de standaard vraag. Een Indier voor ons is net 2 dagen in Oeganda zonder werkvergunnging, een andere Indier komt net uit Kenya, nog een ander kan geen geldig visum laten zien – totdat hij alle 7 visums uit zijn paspoort heeft laten zien – expired / expired / .. / Oh ja, deze is goed. Happy ziet het geheel aan, haalt snel de handgeschreven brieven weg en legt er de twee officiele Nederlandse VOG’s neer (had ik voor de zekerheid maar meegenomen) – deze zien er, zeker voor Oegandese begrippen, zeer officieel uit en dit helpt ons ook direct. Ah – heb je een copy van je paspoort, OK, Ah je hebt al een Certificate, OK, maak een copy van je visum; we schrijven ons in in zijn boek, ik moet voor Jolanda en mijzelf tekenen (dat is makkelijker?) en we zijn de eerste stap door. Links van de slagboom is afgerond, we mogen nu eindelijk naar rechts van de slagboom. Hier zijn we al zeker vier keer weggestuurd (enige plek met een beetje schaduw) maar uiteraard moeten we wel de regels volgen.


Ik denk dat we er nu zijn, een paar copieen maken en klaar, Happy zegt dat we plaats moeten nemen in het wit ommuurde deel waar vingers gescand worden en de aanvragen in behandeling genomen worden. Hij gaat copieeen maken achter deze muur. Als we naar binnen lopen blijken alle tien de bankjes vol te zitten. 50 Man in de wachtrij en daar komen tot grote hilariteit twee witte reuzen binnen stampen. Iemand maakt plaats voor Jolanda maar verder is er geen plekje over, ik zet mijn rug tegen de achtermuur en hoor en zie van alles om mee heen gebeuren, met voornamelijk wuivende en protesterende interpol agenten. Ik mag hier niet staan – en blijkbaar heb ik niet gemerkt dat deze agent als dagtaak heeft om iedereen die niet op bankjes past te sommeren om de ruimte weer te verlaten en plaats te nemen in de groene tent achter dit gebouw. Gelukkig heeft Jolanda dus onbewust onbekwaam een plekje front row bemachtigd en zonder langs start te gaan verlaat ik het gebouw en schaar me achter Happy. De muren van dit gebouw zijn ongeveer anderhalve meter hoog en ik toren er bovenuit en zie nog steeds diverse ambtenaren naar me wuiven en er komt er zelfs een op me af die zegt dat ik in de tent moet gaan zitten. Ik wuif hem af door te zeggen dat ik eerst copieen moet maken en de rust is weer even weergekeerd. Zonder communicatie weten we nog altijd niet wat er nu gaat gebeuren. De copieen worden binnen de muren gemaakt en als je een copy wilt hebben doe je dat door je papieren van buiten de muur over de muur heen te steken en te wachten tot ze worden aangepakt en teruggegeven. Papieren en geld wisselen van eigenaar als een soortement wedkantoor uit gangsterfilms over de drooglegging van America. Als wij onze copieen hebben dirigeert Happy me naar een andere rij waar we aansluiten – maar 20 wachtenden voor ons, 2 rijen naar een tafeltje met 2 agenten achter een bonnenboek. We gaan hier de betaalslip halen, een formulier met 3 doordrukken om te bepalen wat er bij de bank betaald moet worden. Alles met de hand. Om ongeveer half 1 staan we vooraan. Een dame aan de zijkant verzamelt onze papieren, brabbelt nog wat, zegt dat we nog een extra copy nodig hebben voor de bank en slaat een nietje door de pasfoto met de onderliggende, behoorlijk gegroeide, stapel papieren. Ik sta hier, Jolanda zit nog steeds achter de witte muren, Happy hobbelt heen en weer, continue de stapel die ik in mijn handen heb omruilend met zijn stapels – ik hoop dat hij in ieder geval weet wat hij moet doen. Ik sta hier, vooraan en bij de laatste voor mij is het bonnenboek van de tweede ambtenaar vol, de eerste is inmiddels een kwartier geleden vertrokken omdat zijn boek vol was. Niemand meer voor me, ook geen ambtenaar meer. “Wait here” is het laatste wat hij zij en na een stif kwartiertje wachten zien we overal vrouwen met dubbele borden lopen – dit voorspelt niets goeds. Lunchtijd. En lunchtijd in Oeganda is nog belangrijker dan teatime in Engeland. Er worden dan voor alle medewerkers borden met Potio (maismeelkoek) met bruine bonen en een stukje avocado geserveerd en onze ambtenaren hebben zich een duidelijk doel gesteld, 1 vol boek per ochtend.

Wachtend in de rij vraag ik aan Happy wat nu eigenlijk verder de bedoeling is. We kunnen er niet aan wennen, iedere Oegandees die we kennen denkt en werkt maar 1 stap vooruit. Hij is goed voorbereid want hier in de rij begint hij ineens twee pasfoto’s van ons uit zijn zak te toveren, hij weet blijkbaar heel goed wat de volgende stap is maar volgens mij komt het niet in hen op om daarover te communiceren of zich in ons te verplaatsen. Ik vraag hem wat de bedoeling is voor Jolanda en hij zegt “zij bewaakt haar plaats”. Iedere keer dat er iemand geholpen wordt voor een paspoort of een bewijs van goed gedrag, schuift de rij een plaats door en ze zal wel zien dat het zo werkt. Ik vraag hem of hij denkt dat zij dat weet en hij is daar volop van overtuigd – op hetzelfde moment belt Jolanda met de vraag wat er nu eigenlijk moet gebeuren en met de opmerking dat ze in dan in de verkeerde rij zit. Niets is minder waar, gewoon doorschuiven. Ik haal een flesje fanta en een chapati voor ons drieen en al knabbelend van de pannenkoek hoor ik om me heen meer Oegandezen zuchten en semi-klagen over de achterstand in dit land en bij deze overheidsorganisaties. Af en toe vallen mijn ogen half dicht. De temperatuur is goed en de zon was zo goed voor mijn huid dat mijn hoofd begint te kloppen. Interpol sunshine heeft me na drie dagen al een mooi kleurtje opgeleverd. Ik zit ergens achteraan maar onze papieren liggen prominent bovenaan en als de ambtenaren terugkeren met twee smetteloze blokken – en de menigte zich al wringend naar voren duwt, heb ik voordeel van mijn lengte, gewicht en pers ik me naar het bureau waar nog geen minuut later mijn 2 ingevulde formulieren klaar zijn. Lunch is over en de papieren waren hier al heel lang op dus zal er wel geen rij staan bij de bank. Jawel, met deze papieren voor betaling (iedereen krijgt dezelfde bon, iedereen moet 80.000 shilling betalen, ongeacht wat je komt doen, het slaat nergens op, een stempel, een krabbel, met de hand 4 bedragen opschrijven en zo dus weer twee man aan het werk houden en een economie drie uur platleggen. Met deze papieren gaan we naar de hogerop de heuvel gelegen franchise van de bank. En – niet verbazingwekkend – hier staat weer een rij.

Uiteindelijk hebben we ons op drie plekken geregistreerd, een opdracht meegekregen voor de papieren die we al bij ons hadden, een betalingsbewijs betaald en zijn we 6 uur verder als we ons bij Jolanda voegen en net op dit moment wordt er niemand meer in het wit stenen gebouw toegelaten. Kom maandag maar terug. Wow – als ze er niet gezeten had !

Witte dikke zweetvingers

Het mag gezegd worden, ondanks de schijnbare chaos is het personeel wel vriendelijk – we worden in deze stap netjes geholpen door 2 officers die achter een grote zwarte interpol koffer zitten. Volledig ingericht voor veldwerk. Een laptop, een mobiele vingerafdruk scanner en half onder het schuim zie ik ook nog een supermoderne spiegelreflexcamera. Europese subsidie schiet als eerste door mijn hoofd. Een scan systeem voor lokale behoeften en volledig in de koffer gelaten om hier mee te werken. De ambtenaar zit met zijn handen in de lucht de gegevens van Jolanda in te voeren – achternaam Van tweede achternaam Grevenbroek derde achternaam e/v Nieuwenkamp – disturbing Dan ook nog 2 voornamen, eindelijk gelukt – maar nu de fingerprints. De kleine zwarte vingers van de superdonkere vrouwelijke ambtenaar vouwen zich om de opgezette kleffe vingers van ons heen. Een vingerafdruk kan blijkbaar alleen als je heel hard op een vinger drukt en hem dan ronddraait tegen de natuurlijke neiging van de eigenaar in. Ik kan me niet overgeven, dat is al lastig tijdens een massage, laat staan als iemand zich ontfermt over je vinger zonder mij onder narcose te brengen of te vertellen wat je wilt. Na tientallen keren proberen om een pinkafdruk te krijgen en een halve bus ontsmettingsmiddel om de vingers af te koelen en in normale staat terug te brengen wordt het systeem zuchtend afgesloten. Ik ben benieuwd of het eindelijk gelukt is en ik heb niemand van de 50 wachtenden na ons horen of zien zuchten. Het hoort er allemaal bij.


En nu? Geen idee, we vragen of het nu klaar is en dat blijkt zo te zijn. Vrijwel niemand voor ons heeft deze vraag gesteld maar blijkbaar worden we binnen 2 weken gebeld dat onze VOG kan worden opgehaald. Toch wel gaaf, een jaar en een dag en 40 euro verder omdat onze overheid zegt dat de VOG in het Nederlands overal wordt geaccepteerd en dat Oeganda zegt dat ze natuurlijk geen Nederlands document accepteren. Dit houdt per direct ook in dat de aanvraag voor de werkvergunningen wel gedaan gaat worden maar dat ik m pas in April kan gaan ophalen – voor Jolanda wordt het dan hopelijk wel geregeld in de komende 5 weken.

Waar doe je dit allemaal voor – eigenlijk alleen om niet het idee te hebben of het idee te geven dat we hier alleen komen als tourist of om vrienden te ontmoeten. Ik wil gewoon dat gezeur niet meer aan de grens en een vast visum in mijn paspoort en uiteindelijk, naar de nabije toekomst in Oeganda ook gewoon een huis en een kantoor kunnen huren en een bankrekening kunnen openen – dus daar heb ik nog wel wat geduld voor.

We vertellen aan Happy dat we klaar zijn en hij vraagt wanneer we de documenten kunnen komen halen. Hij is niet blij met ons antwoord en zoekt ambtenaar nummer 1 weer op. Ik blijf wijselijk even buiten, uit het zicht totdat Happy me roept. Als ik binnenkom is deze politieagent ineens formeel. Hij vraagt aan Happy of ik zijn klant ben en als ik ja zeg dan zegt hij dat het proces is gestart en dat ze maandag beginnen met het verifieren van de handtekeningen. Hij staat op en verlaat het kantoortje. Happy zegt “hij is bang” Hij heeft Happy verteld dat hij de ambtenaar van de scans moet vertellen onze papieren direct te behandelen en nu ineens een blanke in zijn kantoor verschijnt wil hij niets meer zeggen in de angst dat ik hem rapporteer. Angst regeert nu de overheid iets probeert te doen aan de corruptie. De corruptie is hier bij interpol niet (meer) zichtbaar maar nu deze door angst is overgenomen is de traagheid van werken voor iedereen hetzelfde geworden. Je zou dit concern met 4 of 5 gepassioneerde medewerkers in een kwart van de tijd kunnen draaien – of denk ik nu te westers, het geeft nu de mogelijkheid aan zeker 20 medewerkers om een baan te hebben (en houdt tegelijkertijd 1000 man uren van de straat) – Oegandezen vragen ons wel eens waarom we zo efficient zijn, ik vraag me af of ik het ooit kan uitleggen, wat zouden ze hier in hemelsnaam moeten doen met alle uren en alle manschappen die ze over zouden hebben als ze het systeem zouden optimaliseren.

We wachten met hen mee...

Go to top

Stichting Bulamu ©2008-2018 - Site generated by MrKawa - Gopherit

www.veter.shop - mrkawa.com - allesvoorjeschoenen.nl